Ben jij die Kei in Hoogbegaafdheid?
Ben jij die Kei in Hoogbegaafdheid?
Jan Kuipers, onderwijsadviseur Cedin
In het voorjaar van 2018 is mijn boek 'Kei in Hoogbegaafdheid' verschenen. Er zijn al heel wat boeken over (hoog)begaafdheid geschreven, vooral door professionals en ouders. In dit boek staat niet de theorie en de ervaring van ouders centraal, maar vooral de praktijk van de leerkracht.
Ik heb me de afgelopen 30 jaar mogen verdiepen in deze materie. In mijn advieswerk heb ik, in bijna 20 jaar, honderden scholen mogen begeleiden op dit gebied. Bij het schrijven heb ik dankbaar gebruik gemaakt van deze rijke ervaring.
Hier alvast een inkijkje in Kei in Hoogbegaafdheid.
Hoofdstuk 5
In hoofdstuk 5 ga ik in op het realistisch managen van jouw groep en het eigenaarschap van jouw werk.
Lesgeven is een uniek vak, je moet elke dag, onder veranderende omstandigheden, je vak uitoefenen met oplossingen die moeilijk zijn te meten of te controleren. Ik heb honderden leerkrachten gesproken en vele observaties gedaan en weet je: elke situatie, elke groep en elke les is uniek. Er is geen sprake van uniformiteit. Dat vraagt om bewust organiseren en vraagt van jou dat je een planning maakt, zaken regelt en organiseert, kortom managed.
Klassenorganisatie
Een onderdeel van het onderwijsmanagement is je klassenorganisatie en de wijze waarop je bijvoorbeeld het zelfstandig werken van kinderen hebt geregeld. Ik zie daarin vaak twee knelpunten. Het eerste knelpunt is de samenstelling van jouw groep. Je kent het vast, je hebt een cursus klassenmanagement en zelfstandig werken gevolgd, je maakt je rondjes en de kinderen hebben een blokje voor uitgestelde aandacht gekregen. Ook weten de kinderen op welke plekken ze schriften kunnen halen en inleveren en er zijn zelfcorrectie hoekjes gemaakt. Allemaal bekend en getraind. En dan... heb je opeens die stuiterbal in jouw groep, die jongen die het altijd net even anders doet, waar geen afspraak mee te maken is, die niks heeft met wachten op zijn beurt, altijd primair reageert en met de blokjes gaat bouwen. Of dat meisje, dat grote moeite heeft met samenwerken. Je herkent het vast, je onderwijsmanagement staat onder druk en daarmee jouw onderwijskwaliteit.
Realistisch managen
De kwaliteit van jouw onderwijs wordt bepaald door jouw kennis van het kind: wat heeft dit kind van mij nodig en vervolgens door mogelijkheden die jij hebt om dit kind zo optimaal mogelijk te bedienen. Ik noem dat realistisch managen. Realistisch onderwijsmanagement is de vrijheid die jij nodig hebt om de goede keuzes te maken, waarbij het doel blijft om zo optimaal mogelijk onderwijs te geven. Dat kan betekenen dat je soms moet afwijken van het schoolbeleid. De vraag is of je die ruimte krijgt en of je die ruimte durft te nemen. En dat brengt me bij het tweede knelpunt, het eigenaarschap van jouw werk.
Eigenaarschap van jouw werk
In één week tijd hoor ik twee verhalen van twee leerkrachten: de ene leerkracht werkt in groep 2, met veel plezier, maar ze vertelde me dat ze ging stoppen en uit het onderwijs stapt. Ik vraag naar de reden en haar antwoord is klip en klaar: “Ik heb het ín de groep heel leuk, vind het geweldig om met kinderen te mogen werken en beschouw het echt als een voorrecht. Maar ik stop omdat de bureaucratische romplomp me tegen staat. Het kost me zoveel tijd en voor mij is 80% van die bureaucratie volstrekte onzin.”
De tweede leerkracht werkt op een heel andere school als intern begeleider en zij vertelde me: “Ik stop met het ib-schap, omdat ik meer dan genoeg heb van het gedoe van de formulieren. Leerkrachten op mijn school leveren zelden op tijd de formulieren in, ik moet er altijd achteraan. Bovendien heb ik het gevoel dat ze de formulieren voor mij invullen en niet voor zichzelf.”
De vraag is: wat gaat hier mis?
Jan Kuipers, onderwijsadviseur Cedin