Opdracht ‘Schrijven over je zintuigen’ – Blog heeeeeeeel vies

Opdracht ‘Schrijven over je zintuigen’ – Blog heeeeeeeel vies

Anita Middel, coauteur Struis de Schrijfvogel en auteur bij Jules Plus

‘Bleh, vies!’ roept één van de kinderen. ‘Haha, vies of heel vies?’ vraag ik. ‘Heeeel vies!’ is het antwoord. ‘Heel goed, schrijf maar op: heeeel vies!’

Meer opdrachten voor creatief schrijven zijn te vinden in Struis de Schrijfvogel, een kalender met iedere maand originele, creatieve en zinvolle schrijfopdrachten.

Ze kijkt me even verbaasd aan en begint dan glunderend te schrijven: heeeeeeeeeel vies. Met lekker veel e’s. Het is een veel gehoorde reactie op het proeven van een korreltje oploskoffie, dat past bij de smaak bitter. De kinderen doen mee aan de workshop ‘Schrijven over je zintuigen’ op het Kinderkookfeest in de wijkbibliotheken van de Stadkamer in Zwolle.

Vijf smaken

Ieder kind krijgt een groot werkblad met vijf cirkels erop met daarin de smaken zoet, zout, zuur, bitter en umami erop. ‘Huh, umami? Wat is dat?’ klink het meteen in elk groepje. ‘Dat is Japans voor heel lekker,’ zeg ik, ‘maar of jullie het ook lekker vinden, weten we natuurlijk nog niet. Dat gaan we straks merken.’ Je ziet ze denken: o, spannend, wat zou dat zijn?

Zoet

We beginnen met een makkelijke smaak: zoet. Ik deel rozijntjes uit. De meesten weten het meteen als ze ze zien: ‘Dat zijn rozijntjes!’ Maar sommigen twijfelen en gaan toch eerst even voorzichtig proeven. Over de smaak is iedereen het gauw eens: ze zijn zoet. Bij de cirkel met het woord zoet schrijven ze op: rozijntjes. Welke woorden kun je daarbij bedenken? Allereerst: hoe vond je het smaken, vies of lekker? De meesten schrijven op: lekker. Of: een beetje lekker. Of: heel lekker.

Zintuigen

We gaan nog meer zintuigen af. Bijvoorbeeld: hoe zien ze eruit? Die vraag staat niet op het blad, maar heb ik toegevoegd omdat geblinddoekt proeven voor de meeste kinderen te spannend is. Meteen komen er antwoorden: rond, rimpelig, ovaal, bruin, een beetje steenachtig, van alles komt voorbij en ze schrijven het allemaal fanatiek op. Welke zintuigen zijn er nog meer? Ruiken! Wat ruik je? Niet zoveel, een beetje zoet, een beetje raar. Daarna: voelen! Hoe voelen de rozijntjes aan? Ze schrijven weer mooie en treffende woorden op: droog, plakkerig, rotsig, als een prop papier.

Associëren

Wat kun je er nog meer over opschrijven? Bijvoorbeeld: als ik rozijntjes eet, dan denk ik meteen aan… ‘Aan mijn oma,’ roept er één, ‘want daar krijg ik altijd rozijntjes.’ ‘Aan druiven,’ roept een ander, ‘want het zijn gedroogde druiven!’ Dat wisten sommigen niet, dus dat schrijven ze er ook bij. Zo brengen ze elkaar op ideeën en helpen ze elkaar om die ideeën onder woorden te brengen en op te schrijven.

Als je het zelf maar kunt lezen

Waar de kinderen onzeker zijn over hun spelling, helpen ze elkaar. Daar gaat het in deze bedenkfase van het schrijven natuurlijk niet om, dus ik geef aan dat het nu alleen belangrijk is dat ze het zelf kunnen lezen. Sommigen kijken blij verrast op, anderen willen het toch graag goed opschrijven, dus die helpen elkaar even.

Andere smaken

Als de kinderen vinden dat ze genoeg woorden hebben bij ‘zoet’, gaan we door met de volgende smaken. Bij ‘zout’ proeven ze zoute popcorn (‘bioscoop’), bij ‘zuur’ citroensap en bij ‘bitter’ de korrels oploskoffie. Die laatste vinden de meesten heel vies en ik vertel dat bitter een smaak is waar kinderen vaak niet van houden. De meesten willen het ook al niet meer proeven als ze eraan geroken hebben. Toch is er ook hier eentje die het lekker vindt. ‘Dat drink ik altijd bij mijn oma.’ En waar moeten ze aan denken bij deze smaak of geur? ‘Aan mijn vader, want die drinkt altijd koffie.’

Nieuw woord

Dan laat ik ze kleine gele schilfers proeven. ‘Umami’ roept er meteen iemand, ‘want die is nog niet geweest!’ Maar wat is het? Voorzichtig ruiken ze eraan. Een enkeling durft ook te proeven en roept: ‘Kaas, lekker!’ ‘Bah,’ roept een ander, ‘ik hou niet van kaas, ik eet het niet op, hoor!’ Het is Parmezaanse kaas. Ze schrijven alle woorden op die ze erbij vinden passen: vies, lekker, geel, zacht, pizza. Ik leg uit: umami is de volle smaak die je krijgt als je bijvoorbeeld Parmezaanse kaas achter in je mond hebt. Dat woord vergeten ze nooit meer.

Lievelingsgerecht

Er is nog één vak leeg op het werkblad, met de vraag: Wat is jouw lievelingsgerecht en hoe smaakt het? Dat weten ze allemaal meteen. Pizza! Patat! Boerenkool! Sushi! Fasulye! Bij het laatste legt een Turks meisje uit dat dit echt Turks is, met bonen, en dat het heel lekker is! De kinderen schrijven hun lievelingsgerecht op of ze maken er een mooie tekening van. Ik vraag ze te kiezen uit de woorden die ze bij de verschillende smaken hebben staan en die nu bij hun lievelingseten te schrijven. Ze kunnen zo op de menukaart in een restaurant. Gelukkig is het bijna etenstijd!

Struis de Schrijfvogel

Meer opdrachten voor creatief schrijven zijn te vinden in Struis de Schrijfvogel, een royale kalender met iedere maand originele, creatieve en zinvolle schrijfopdrachten die aanhaken bij het jaargetijde en de evenementen van die maand.

Anita Middel, coauteur Struis de Schrijfvogel en auteur bij Jules Plus



Gerelateerde documenten:

Werkblad heeeeeeeel vies 

Back to Top